Aandelenopties of warranten voor bedrijfsleiders
Aandelenopties of warranten blijven een populaire en fiscaalvriendelijke manier om competente en performante werknemers én bedrijfsleiders te verlonen. Ook in 2025 en 2026 blijven ze relevant binnen het bredere kader van loonoptimalisatie, zeker nu de fiscale druk op traditionele bezoldigingsvormen verder toeneemt.
Verloning van bedrijfsleiders: klassiek versus alternatief
Als bestuurder van een vennootschap kan je jouw prestaties op verschillende manieren laten vergoeden. De klassieke methodes zijn:
• de bezoldiging: onderworpen aan personenbelasting én sociale bijdragen als zelfstandige
• het dividend: eerst onderworpen aan vennootschapsbelasting (20% of 25%) en vervolgens aan roerende voorheffing (standaard 30%, mogelijk te optimaliseren tot 15% mits correcte toepassing van VVPR-bis of liquidatiereserve)
Een minder gekende, maar vaak efficiënte piste is het gebruik van aandelenopties of warranten.
Hoe werkt het?
Je vennootschap koopt langlopende opties (typisch met een looptijd van 10 jaar) aan bij een gespecialiseerde aanbieder. Deze opties worden gratis toegekend aan de bedrijfsleider, maar zijn minstens één jaar geblokkeerd vanaf de datum van aanbieding.
Op het moment van toekenning wordt een voordeel van alle aard (VAA) berekend. Dat voordeel wordt forfaitair bepaald op minimaal 18% en maximaal 23% van de waarde van de onderliggende fondsen of aandelen, afhankelijk van de modaliteiten.
Wil je echter gebruik maken van de fiscale gunstregeling uit de wet van 26 maart 1999, dan gelden extra voorwaarden. Eén daarvan is dat het VAA niet hoger mag zijn dan 20%. In ruil daarvoor wordt het voordeel definitief belast bij toekenning en vermijd je bijkomende belasting bij latere uitoefening of verkoop van de opties.
Deze wordt aangegeven via een fiche 281.20 en is onderworpen aan bedrijfsvoorheffing en sociale bijdragen.
Na één jaar kan de bedrijfsleider de opties uitoefenen en meteen verzilveren. Aangezien reeds belasting werd geheven op het VAA bij toekenning is de latere meerwaarde bij verkoop belastingvrij.
Voor de vennootschap is de aankoop en toekenning van de opties een fiscaal aftrekbare kost, wat deze techniek extra aantrekkelijk maakt.
Verhoging minimumbezoldiging naar €50.000
Met ingang van 2026 wil regering-De Wever de minimumbezoldiging voor het genieten van bepaalde fiscale gunstmaatregelen verhogen van €45.000 naar €50.000 (of minstens het belastbare resultaat van de vennootschap bij lagere winsten).
Voor het behoud van het verlaagd tarief in de vennootschapsbelasting (20% op de eerste schijf van €100.000) blijft deze bezoldigingsvoorwaarde cruciaal. Dat betekent dat een bedrijfsleider een jaarlijkse minimumbezoldiging van minstens €50.000 bruto moet ontvangen, waarvan volgens het nieuwe regeerakkoord vanaf 2026 nog slechts maximaal 20% mag bestaan uit VAA, zoals opties of warranten.
Met andere woorden: minstens 80% van die bezoldiging moet uit zuiver loon in geld bestaan om in aanmerking te blijven komen voor de fiscale voordelen.
Optimalisatie in 2026: hoe combineren?
Een aantrekkelijk en fiscaal geoptimaliseerd loonpakket voor bedrijfsleiders combineert idealiter:
• een vaste bezoldiging van minstens €50.000 bruto per jaar (om te voldoen aan de fiscale voorwaarden)
• aangevuld met aandelenopties of warranten, waarbij de VAA – inclusief andere VAA dan die op de aandelenopties of warranten – beperkt blijven tot maximaal 20%
Deze combinatie biedt meerdere voordelen:
• behoud van het verlaagd tarief in de vennootschapsbelasting
• beperkte belastingdruk via een forfaitaire heffing op de VAA
• fiscale aftrekbaarheid van de kosten voor de vennootschap
• mogelijkheid tot belastingvrije meerwaarde bij realisatie voor de bedrijfsleider
Belangrijk
Werk uitsluitend samen met een gespecialiseerde aanbieder van opties of warranten die over een ruling of voorafgaand akkoord met de fiscus beschikt. Zorg ook voor een duidelijke onderbouwing, bijvoorbeeld voor de vergoeding van reële prestaties zoals arbeid, bestuur, advies of gelijkaardig werk.
Conclusie
Met de toekomstige aangepaste drempel van €50.000 en het maximum VAA van 20% is het belangrijker dan ooit om je bezoldigingsstrategie goed af te stemmen. Aandelenopties blijven ook in 2025 en 2026 een krachtig instrument voor slimme loonoptimalisatie — mits correct toegepast binnen het geldende fiscale kader.
