Liquidatiereserves en VVPR bis: wat is er nu écht veranderd?
Er is recent opnieuw aan de fiscale knoppen gedraaid. Zowel de liquidatiereserve als het VVPR bis-stelsel kregen een opfrisbeurt en dat heeft gevolgen voor ondernemers. De wijzigingen zijn officieel van kracht sinds 29 juli 2025, dus het is tijd om even stil te staan bij wat dit precies betekent voor jouw onderneming. De fiscaliteit van VVPR bis en de liquidatiereserve zijn gelijk getrokken. Dus als je 1000€ uitkeert heb je nu in beide systemen 850€ netto over.
Liquidatiereserve: sneller uitkeren, maar duurder
Wie een liquidatiereserve aanlegt, parkeert winst in de vennootschap aan een gunstig fiscaal tarief. Tot nu toe kon je die pas na vijf jaar uitkeren aan 5% roerende voorheffing (bovenop de 10% anticipatieve heffing bij aanlegging).
Sinds juli 2025 is dat veranderd:
- je mag al na 3 jaar uitkeren in plaats van 5 jaar
- maar… het tarief stijgt van 5% naar 6,5%
- de anticipatieve heffing van 10% blijft behouden
De totale belastingdruk stijgt dus van 13,64% naar 15%, maar daar staat tegenover dat je je geld sneller beschikbaar hebt. Heb je reserves die al drie jaar oud zijn? Dan kun je ze nu al uitkeren aan 6,5%.
Bestaande reserves (aangelegd vóór 2026): jij kiest
Voor liquidatiereserves die je aanlegde vóór 1 januari 2026 krijg je wat meer speelruimte:
Wil je vóór het einde van de vijf jaar uitkeren? Dan mag dat nu aan 6,5%. Wil je vanaf het 3de jaar uitkeren in plaats van -zoals nu- het 5de jaar dan kan dit aan 6,5%.
Wacht je liever de volle vijf jaar af? Dan betaal je nog steeds het oude tarief van 5%.
Je kiest dus tussen iets meer betalen en sneller uitkeren of lager tarief en nog even wachten.
Let op: de fiscus past het FIFO-principe toe. Je keert dus eerst je oudste reserves uit.
Liquidatiereserve vanaf 2026: geen keuze meer
Voor nieuwe liquidatiereserves die je aanlegt vanaf 1 januari 2026 geldt het nieuwe regime zonder uitzonderingen:
- verplichte wachttijd: 3 jaar
- vast tarief bij uitkering: 6,5%
Wil je sneller uitkeren dan drie jaar? Dan betaal je het gewone tarief van 30% roerende voorheffing wat je mogelijk liever wil vermijden.
Vvpr bis-stelsel: het 20%-tarief verdwijnt
Ook het VVPR bis-stelsel voor dividenduitkering krijgt een update. Tot voor kort kon je onder bepaalde voorwaarden een verlaagd tarief van 20% roerende voorheffing toepassen op dividenden vanaf het tweede boekjaar na een kapitaalinbreng.
Dat is nu veranderd:
Voor nieuwe inbrengen vanaf 1 januari 2026 verdwijnt het 20%-tarief. Alleen het 15%-tarief vanaf het derde boekjaar blijft bestaan.
Heb je nog een inbreng gedaan vóór 31 december 2025? Goed nieuws: dan behoud je het recht op het 20%-tarief voor het tweede boekjaar.
Wat betekent dit concreet voor jou?
Heb je al reserves staan?
Kijk na of je reserves hebt die minstens drie jaar geleden zijn aangelegd. Die kan je nu al uitkeren aan 6,5%. Als je wacht tot ze vijf jaar oud zijn betaal je maar 5%.
Denk je eraan binnenkort een liquidatiereserve aan te leggen?
Doe dit vóór het einde van 2025 als je nog het voordeel van de keuze wil behouden (5% of 6,5%). Vanaf 2026 geldt enkel het nieuwe, minder voordelige systeem.
Overweeg je een kapitaalinbreng?
Dan heb je nog tot eind 2025 om onder het oude VVPRbis-stelsel te vallen en recht te hebben op het 20%-tarief. Vanaf 2026 is dat tarief verleden tijd.
Tot slot
Wat je het beste doet, hangt af van je situatie:
- heb je liquiditeit nodig, dan is vervroegd uitkeren misschien zinvol
- liever een lagere belasting, dan loont het om nog even te wachten
- plannen voor een inbreng, doe het nog vóór eind 2025 als je nog wilt profiteren van het 20%-tarief.
Bespreek je opties zeker met je liberoo boekhouder. De nieuwe regels zijn ondertussen van kracht en het loont om nu de juiste keuzes te maken.
